Kát'a Kabanova

Kát`a Kabanova.jpg

Leos Janácek


(Kát'a Kabanova)

(Bonn 05-06-2010 / Oper der Stadt Bonn)

(Eindhoven 29-11-2011 / Stadsschouwburg-Opera Zuid)


Libretto van Leoš Janáček naar de Tsjechische vertaling van Vincec Cervinka, gebaseerd op het toneelstuk "De storm" van Alexander Ostrovsky.
Opera in 3 aktes, Tsjechisch.
Plaats en tijd. Kalinov, stadje aan de Wolga, half 19e eeuw
Première. Brno (Nationaal theater Brno) op 23-11-1921

SAVJOL PROKOFJEVITS DIKOJ (koopman)bas
BORIS GRIGORJEVITSJ (zijn neef)tenor
MARFA KABANOVA (een rijke koopmansweduwe, genoemd Kabanitsja)alt
TICHON IVANITSJ KABANOV (haar zoon)tenor
KATJA / KATHARINA (zijn vrouw, genoemd Kát`a)lyrisch sopraan
VANJA KOEDRJASJ (leraar, chemicus, mecanicien)tenor
VARVARA (pleegdochter van Kabaova (Kabanitsja)mezzosopraan
KOELIGIN (vriend van Koedrjasj)bariton
GLASJA & FEKLOESJA (dienstboden)mezzosopraan

Inhoud

Akte I
Eerste scène
Aan de oever van de Wolga.
Boris Grigorjevitsj is financieel afhankelijk van zijn twistzieke en autoritaire oom Dikoj, die zich als burgemeester van de kleine stad gedraagt als een dictator. Als hij weer eens ruzie maakt met Boris, vraagt Koedrjásj (de leraar) waarom hij het zolang bij deze bruut uithoudt. Boris antwoordt dat hij geen keus heeft. Zijn beide ouders zijn aan cholera gestorven en het vermogen dat zijn grootmoeder hem heeft nagelaten krijgt hij pas als hij meerderjarig is.
Tweede scène
De familie Kabanova komt uit de kerk. Katja voelt zich ongelukkig in het huis van haar schoonmoeder. Zij is nog niet zo lang getrouwd met haar zoon Tichon en zijn moeder is jaloers op de jonge vrouw, die vanuit de verte door Boris wordt aanbeden. Als de moeder van Tichon haar zoon opdracht geeft om voor twee weken naar de markt in Kasan te reizen weet hij daar niets tegen in te brengen en gaat.

Katja neemt Tichons pleegzusje Varvara in vertrouwen en vertelt haar dat zij sinds haar huwelijk diep ongelukkig is en dat zij alle vreugde van het leven is verloren. Vavara, die een relatie heeft met de leraar Vana Koedrjásj, moedigt Katja aan om toe te geven aan de verlangens van buurman Boris. Toch vraagt Katja haar man om thuis te blijven. Ze weet dat als ze alleen blijft de verleiding niet zal kunnen weerstaan.
Akte II
Eerste scène
Kabanitsja zoekt weer ruzie met haar schoondochter. Als de oude vrouw weggaat bereidt Vavara een geheime ontmoeting voor en overhandigt Katja de sleutel van de tuinpoort en zegt dat Boris op haar staat te wachten. Ze is bang dat er iets vreselijks zal gebeuren en wil in het begin niets van Boris` toenaderingspogingen weten.
Tweede scène
Maar uiteindelijk geeft Katja zich toch gewonnen. Boris verklaart haar zijn liefde. Koedrjásj die ook in de tuin is om op zijn liefje Varan te wachten ziet hen beiden en is verwonderd en bezorgt over de twee.
Akte III
Eerste scène
Een ruïne aan de oever van de Wolga.
Als het hevig gaat onweren zoeken Katja, Kabanitsja, Dikoj en nog enkele anderen een grot op in de ruïne aan de Wolga om te schuilen. Katja wordt geplaagd door gewetenswroeging en gaat gebukt onder haar schuldgevoelens. Als ze weer thuis is en Tichon ziet knielt ze voor hem en bekent dat ze de afgelopen tien dagen en nachten met Boris heeft doorgebracht. Hierna loopt ze naar buiten, de hevige storm in.
Tweede scène
Een verlaten plek bij de rivier.
Katje verlangt hevig naar Boris, maar haar angst en wanhoop zijn groot. Zij wordt heen en weer geslingerd tussen het verlangen naar de dood en naar Boris. Als hij verschijnt weet hij haar alleen maar te vertellen dat hij door zijn rijke oom Dikoj naar Siberie wordt gestuurd. Nog eenmaal laat zij zich omarmen waarna zij afscheid nemen van elkaar. Katja voelt zich in de steek gelaten. Het vooruitzicht van de schande en het ellendige leven met haar bemoeizieke schoonmoeder worden haar teveel. Zij loopt het water in en verdrinkt. Wanneer haar dode lichaam uit het water wordt gehaald zal Tichon bij de aanblik van zijn vrouw voor het eerst tegen zijn moeder in opstand komen. Hij beschuldigt haar van moord. Zijn moeder blijft echter onverstoorbaar en bedankt de omstanders voor hun hulp en medeleven.


(Bonn 05-06-2010 / Oper der Stadt Bonn)

WILL HUMBURG dirigent
BALASZ KOVALIK regie
CSABA ANTAL decor
ANGELIKA HOCKNER kleding
SIBILLE WAGNER koor
MAX KARBE licht

Bezetting

 
RAMAS CHIKVILADZE  Dikoj (bas)
GEORGE ONIANI  Boris (tenor)
DANIELA DENSCHLAG / ANJARA I. BARTZ  Marfa Kabanova (Kabanicha) (alt)
MARK ROSENTHAL  Tichon Kabanova (tenor)
IRINA OKNINA / JULIA KAMENIK  Katja (Kát`a) (sopraan / lyrisch)
SUSANNE BLATTERT  Varvara (Barbara) (mezzosopraan)
TANSEL AKZEYBEK     Vanja (Wanja) (tenor)
MARTIN TZONEV / GIORGOS KANARIS  Koeligin (Kuligin) (bariton)

(Eindhoven 29-11-2011 / Stadsschouwburg-Opera Zuid)

STEFAN VESELKAdirigent
HARRY KUPFERregie
HANS SCHAVERNOCHdecor
yan taxkleding
 koor
JURGEN HOFFMANNlicht
Bezetting 
HENK VAN HEJINSBERGENDikoj (bas)
VIKTOR AFANASENKOBoris (tenor)
MIRANDA VAN KRALINGENMarfa Kabanova (Kabanicha) (alt)
MICHAEL BABATichon Kabanova (tenor)
JOHANNI VAN OOSTRUMKatja (Kát`a) (sopraan / lyrisch)
KARIN STROBOSVarvara (Barbara) (mezzosopraan)
 Vanja (Wanja) (tenor)
JACQUES DE FABERKoeligin (Kuligin) (bariton)