bariton
Laimonas Pautienius is geboren in Litauen (1973). Hij studeerde aan de Litauschen Musikakademie en kreeg les van Vigilius Noreika. Al voor zijn afstuderen maakte hij zijn debuut als Spoleta in de opera Tosca (*Puccini) aan de Nationaloper Litauen. Verder was hij nog te zien als Marco in Gianni Schicchi, Don Giovanni in de gelijknamige opera, Jeletsky in Pique-Dame (*Tschaikowsky, Homonay en Canero in Der Zigeunerbaron, en als Danilo in Die Lustige Witwe.
In 1996 won hij het Nationale Gesangwettbewerp "J. Groudis". In 1999 volgde zijn debuut aan het Musiktheater in Kaunas, waar hij op de buhne stond in talrijke grote rollen. In het seizoen 2000/2001 werd hij lid van het Musiktheater Klaipèda en begon hier in de rol van Janusz met de opera Halka (*Moniuszkos), en vervolgens als Perchik in de musical "Fiddler on the roof". In 2002 werd hij met de rol van Don Giovanni in Lituen Operasolist van het jaar.
In het seizoen 2004/2005 zong Pautienius aan de Estnischen en Lettischen Nationalopern. Hij nam hier o.a. de rol op zich van Germont in La Traviata, Jeletsky in Pique-Dame, zong hij in Don Giovanni, als Demon in de opera Demon (*Rubinstein), als Le Grand Prêtre in Samsung und Dalila (*Saint-Saëns), Almaviva in Le Nozze di Figaro, Orcan in Les Paladins (*Rameau), en Escamillo in Carmen.
Laimonas Pautienius gaf concerten met het orkest van de Litauischen Nationaloper in de USA, in Duitsland, Frankrijk, Zweden, Lettland en Estland. In 2001 en 2004 behaalde hij de hoogste prijs van de Litauischen Theaters, de "St. Christopher" voor Operette en het "Fortune-diploma". In 2002 kreeg hij de eerste prijs tijdens de Operetten-Wetbewerp "Operetta-my love" en de Grand Prix bij het derde internationale "Klaudia-Tev-Wettbewerp voor jonge zangers in Pärnu (Estland).
Als nieuw lid bij het ensemble van de Deutschen Oper am Rhein zong hij de rol van Orcan in een nieuwe productie van Les Paladins (*Rameau). Hierop volgden de vertolking als Achillas in Giulio Cesare in Egitto, Sharpless in Madama Butterfly, Silvio in Pagliacci en de titlrol in Eugen Onegin.
