Alcina

Alcina

Georg Friedrich Händel

    

(Eindhoven 16-05-1997 / Nationale-reisopera/Stadsschouwburg)

Libretto gebaseerd op het 6e en 7e lied uit het epische gedicht ´Orlando Furioso` van Ludovico Ariosto, en op Riccardo Broschi`s eerdere opera ´L`Isola d`Alcina`(Rome 1728). De bewerker is onbekend.
Drama in 3 aktes.
Plaats. Het magische eiland van Alcina.
Première. Londen (King`s Theatre, Covent Garden) op 16-04-1735. 

 

ALCINA (tovenares)sopraan
MORGANA (zus van Alcina)sopraan
RUGGIERO (ridder)sopraan / mezzosopraan
BRADAMANTA (verl.Ruggiero)alt
ORONTE (veldheer van Alcina)tenor
MELISSO (vertrouweling Bradam.)bas
OBERTO (zoon Astolfo)sopraan

Inhoud

Op het eiland van de tovenares Alcina.
Hier heeft zij een schitterend paleis, in een prachtig landschap. Alcina lokt mannen naar haar eiland en als ze genoeg heeft van de liefde verandert zij haar slachtoffers in een wild dier een rotsblok of boom. Zij wil de macht hebben over vele aanbidders, en een van hen is Ruggiero, een krijgsman die onder haar betovering raakt, daardoor zijn plichten verzaakt en bovendien zijn verloofde Bradamante in de steek laat.

Zijn verloofde Bradamante wil hem redden en vermomt zich als ridder Ricciardo. Alcina's zus Morgana wordt verliefd op Ricciardo. Tussen deze vier karakters (twee travestie-rollen) spelen de hofmakerijen zich af. Het drama speelt zich af in een magische omgeving waar plicht, eer en status er niet toe doen. Het gaat om de liefde. Menselijke zwakheden die daarmee verbonden zijn, worden afgeschilderd met inlevingsvermogen en sympathie. In de ouverture klinkt direct door dat het om een majestueus werk gaat. Korte recitatieven in dialoogvorm geven vaart aan het verhaal en lucht om op adem te komen tussen de vele solo-aria's, (meer dan 20). die begeleid worden door een orkest dat meezingt, treurt, maar vooral danst. 
Akte I
Bradamante en haar trouwe vriend Melisso, zijn samen op zoek naar Ruggiero, de verloofde van Brahamante. Zij lijden schipbreuk op het eiland van Alcina en worden door haar verwelkomt. Haar zus Morgana voelt zich aangetrokken tot Bradamante, die zich gekleed als man voordoet als haar broer Ricciardo, liefdesaria. O `apre il riso.

Bradamante en Melisso ontdekken dat Ruggiero zich ook op het eiland bevindt en dat hij de minnaar van Alcina is geworden. Alcina vertelt haar gasten over haar liefde voor Ruggiero en vraagt hem haar bezittingen aan hen te tonen. Di`,cor mio,quanto t`amai. Als zij vertrokken is, wil Oberto dat Melisso en Bradamante mee helpen zoeken naar zijn vader Astolfo. Chi m`insegna il caro padre? Voor hen is het duidelijk dat hij is omgetoverd in een wild dier.

Als Melisso en Bradamante (Ricciardo) alleen zijn met Ruggiero, beschuldigen zij hem van desertie, maar hij behandelt hen met minachting. Di te me rido. Hij wil alleen dat Alcina terugkeert en laat hen alleen. Oronto, de generaal van Alcina en vroegere verloofde van Morgana, is jaloers omdat Morgana zoveel aandacht schenkt aan `Ricciardo`. Hij speldt Ruggiero op de mouw dat Alcina heel gecharmeerd is van Ricciardo en dat Alcina hem binnenkort zal afdanken. Dan is de kans groot dat Alcina hem, zoals haar andere ex-minnaars, zal veranderen in een boom of een wild beest. Maar Ruggiero weigert te geloven in haar ontrouw.

Alcina verschijnt en ze verzekert hem dat ze nog altijd van hem houdt. Si,non quella. De situatie wordt hachelijk voor Bramante (Ricciardo). Ze onthult haar ware identiteit aan Ruggiero, maar Melisso ontkent dit en Ruggiero gelooft haar. Hij is in de veronderstelling dat Ricciardo probeert zijn liefde voor Alcina te verbergen, en zegt dan dat Alcina alleen van hem houdt en vertrekt, aria. La bocca vaga. Morgana raadt Ricciardo aan om te ontsnappen, omdat zij bang is dat hij omgetoverd zal worden in een wild dier. Maar hij wil het eiland van Alcina niet verlaten. Morgana denkt nu dat Bradamante (Ricciardo) haar liefheeft en in haar vreugde hierover bezingt zij de aria. Tomani a vagheggiar  
Akte II 
In een prachtig vertrek in het paleis beklaagt Ruggiero zich over de afwezigheid van Alcina, Arioso. Col Celarvi.
Nadat Melisso, vermomd als zijn oude leraar erin slaagt een magische ring om Ruggiero`s vingers te schuiven, wordt de betovering verbroken en het toverpaleis van Alcina in een woestijn herschapen. Ruggiero krijgt zijn verstand terug, en is verbaasd dat hij alles weer normaal ziet. Arioso. Qual portento mi richiamata.  Vlucht! zegt Melisso, aria. Ora rivesti tutte.

Ruggiero doet alsof hij nog steeds van Alcina houdt, en haalt haar over om samen met hem op jacht te gaan aria. Mio bel tesoro, dit om te vermijden dat zij over Bradamante (Ricciardo) een vloek zou uitspreken. Als Oronto haar vertelt dat Ruggiero wil vluchten breekt het hart van Alcina. tweedelige-aria. Ah ! mio cor ! schernito sei !  Ze zint op wraak en roept haar magische krachten op, maar die laten haar in de steek. recitatief. Del pallido Acheronte spiriti. In de aria. Ombre pallide, lo so mi udite richt zij zich bitter en verslagen tot de geesten, vertrekt en gooit in wanhoop haar toverstaf weg, wanneer de geesten en fantomen verschijnen en een ballet uitvoeren.
Akte III 
Morgana komt erachter dat Ricciardo eigenlijk Bradamante is en en deelt haar verdriet met de trouwe Oronte. Als Alcina Ruggiero ontmoet vraagt zij hem waarom hij haar wil verlaten. Hij vertelt haar dat hij teruggaat naar zijn geliefde. Vol verachting laat zij hem gaan, en zint op wraak, aria. Alcina ma quando tornerai.

Ondertussen beramen Ruggiero en Bradamante het plan om het eiland te verlaten, maar ze zijn bang voor de macht van Alcina. Bovendien wil Bradamante voor ze het eiland verlaat alle betoverde ex-minnaars van Alcina hun oorspronkelijke gedaante teruggeven. Mi restanto le lacrime, (Alcina`s laatste aria). is een weeklacht, slechts tranen resten haar. Zij opent de kooien met wilde dieren, en als er een leeuw tevoorschijn komt en op Omberto afgaat beseft deze op tijd dat  het zijn vader moet zijn. Hij uit zijn verachting aan Alcina in de aria. Barbara, io ben lo so.

Alcina veinst vriendschap voor Bradamante en Ruggiero, om hen te beletten te vertrekken, terzet. Non è amor. Maar Ruggiero trapt hier niet in en stoot de urn met Alcina`s magische krachten om. Hierdoor gaan Alcina en Morgana in rook op en vinden de betoverde minnaars hun oorspronkelijke gedaante terug. Oberto en Astolfo worden herenigd en het ensemble zingt over hun vreugde en opluchting. Dopo tante amare pene.  

Op 8 april 1735 voltooide George F. Handel Alcina, een opera gebaseerd op een verhaal uit de renaissancebundel, 'Orlando Furioso'. Het werd een van zijn laatste Italiaanse opera's, want de wensen van zijn geldschieters veranderden. Minder toneel, meer koor en bijbelse teksten graag. Maar in Alcina kon Handel nog naar hartelust zijn gang gaan en laten horen dat ook aardse liefde hemels kan zijn. De opera bevat verschillende stukken die de mogelijkheid bieden voor een danser. Deze zijn speciaal gecomponeerd voor de Franse danseres Marie Sallé. (1707-1756)


(Eindhoven 16-05-1997 / nat.reisopera / Stadsschouwburg)

JAN WILLEM DE VRIENDdirigent
ANDREA RAABEregie
SASKIA ZSCHOCHdecor & kleding
WILLEM LAARMANlicht
Bezetting 
ELZBIETA SZMYTKAAlcina (sopraan)
KAREN SOURRYMorgana (sopraan)
ETSUKO KANOHRuggiero (sopraan / mezzosopraan)
XENIA MEIJERBradamanta (alt)
PATRICK HENCKENSOronto (tenor)
ROMAIN BISCHOFFMelisso (bas)
DOERTHE SANDMANNOberto (sopraan)